Walen in Zweden

Toen ik naar Zweden kwam viel mij al snel op dat vele Zweden beweren of vermoeden dat ze Waalse voorouders hebben en dat ze daar heel fier op schijnen te zijn.

Daarom ging ik op zoek naar de oorzaak hiervan en ik vond het volgende verhaal…

In de zestiende eeuw ontwikkelde de ijzerindustrie zich sterk in de streek van Luik. Staalarbeiders en smeden waren gekend in heel Europa. Maar er was ook veel armoede onder de arbeiders, zodat die wanhopig op zoek gingen naar een beter bestaan. Bovendien was er de Spaanse Inquisitie in de Zuidelijke Nederlanden, die jacht maakte op gereformeerden.

Het was dus niet te verwonderen dat rijke en invloedrijke Vlamingen en Walen hun toevlucht zochten in de Noordelijke Nederlanden, waar er meer godsdienstvrijheid was. Die leegloop van intellect voedde het noorden, waardoor dat tot een grote bloei kwam. We kennen allemaal de Verenigde Oost-Indische Compagnie, die grote rijkdom bracht in Holland. Ook de kunsten hadden een vruchtbare voedingsbodem in het noorden. Tegelijkertijd werd Vlaanderen, dat 150 jaar ervoor, in de tijd van de Bourgondiërs, nog het centrum van Europa was, een land van arme, onontwikkelde boeren en arbeiders. Het duurde bijna vier eeuwen vooraleer Vlaanderen zich hiervan herstelde.

Guillaume de Bèche, een Luikenaar, kwam op verzoek van de latere koning van Zweden naar Nyköping om daar de leiding te nemen over de kopermijnen en de bijhorende gieterijen en ovens. Hij begon met het aantrekken van vele Waalse arbeiders, die naar Holland gevlucht waren. Hun superieure technieken en kennis brachten de Zweedse metallurgische industrie tot grote bloei.

In 1615 exploiteerde Guillaume de Bèche ook de gieterijen van Finspång, die een uitmuntende kwaliteit ijzer leverden, vooral aan de Engelse marine, die zijn succes voor een groot deel hieraan te danken had.

In 1625 associeerde de Bèche zich met Louis de Geer, een andere Waal die naar Holland gevlucht was. Het grote kapitaal van de Geer zorgde voor een enorme uitbreiding van de productiecapaciteit, waardoor de naam de Bèche vergeten werd en Louis de Geer de vader van de Zweedse metallurgie werd. Hij heeft een standbeeld gekregen in Norrköping.

Zo emigreerden enkele duizenden Walen in die tijd naar Zweden om hun kennis te delen. Het werd zo erg dat de Spaanse koning de emigratie naar Zweden verbood, met weinig resultaat.

Ten oosten van Uppsala en ten noorden van Stockholm bevinden zich veel plaatsen die gekend zijn als “Vallonbruk” (Walenfabriek). Het grootste deel van de Walen bleef in Zweden wonen en integreerden zich langzaam in de plaatselijke bevolking. Het zal je niet verwonderen dat hun grootste probleem de Zweedse taal was. Franstaligen hebben het nu nog steeds moeilijk om een vreemde taal te leren. Daardoor trouwden ze nog lange tijd met mensen uit hun groep, maar dat is nu verleden tijd. Op sommige plaatsen werd nog Frans gesproken tot in 1769. Alleen sommige namen in Zweden herinneren ons nog aan die tijd.

Een fabriekspredikant van de fabriek in Österby beschreef de Walen rond 1800 op de  volgende manier:

“De Walen die hier nog steeds verblijven zijn heel anders dan de plaatselijke bevolking, zowel qua temperament als qua uitzicht. De meesten hebben een donkere huidskleur, bruine ogen, een iets opstaande neus en zwart haar. Sociaal gezien zijn ze open en vrijgevochten, gevoelig voor de minste belediging, scherp in hun oordeel en zeer leergierig. Men verwijt hen een zekere koppigheid, waar ze het lastig mee hebben. Op het gebied van spirituele cultivatie en ervaring staan ze echter hoog boven de gewone mensen in het algemeen. In hun woningen heerst netheid en orde en ze zijn, als ze hun vrijetijdskleding dragen, vaak heel elegant gekleed.”

Je ziet dat de Zweden toen al bewonderend opkeken naar de Walen.

Maar de mythe van de superieure Walen werd gecreëerd door de Zweedse vakbond van metaalarbeiders rond 1920. Ze stoorden zich aan het makke karakter van de meeste Zweden, waardoor hervormingen moeilijk te verwezenlijken waren. Zo begonnen zij het beeld van de superieure Walen op te hemelen om hun landgenoten te mobiliseren.

In 1922 verscheen volgende tekst in het Zweedse vakblad “De metaalarbeider”:

“Walen zijn sterker dan Vlamingen, magerder, energieker, gezonder en ze leven langer. Hun vaardigheden en professionalisme zijn superieur aan die van de Vlamingen. Ze zijn beter dan de Fransen in doorzettingsvermogen en enthousiasme, kwaliteiten waardoor zij naar Zweden konden emigreren. Maar door hun hartstochtelijke onbezonnenheid lijken ze op het Franse volk.

Vele Zweden zijn beïnvloed door dit beeld. Zo denken vele Zweden met donker haar en bruine ogen dat ze Waals bloed in de aderen hebben. En daar zijn ze heel fier op en ze vertellen dat trots verder.  Sommigen gaan zelfs actief op zoek in stambomen om hun Waalse afkomst aan te tonen.

Of hoe selectieve beeldvorming de werkelijkheid kan kleuren…

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

5 reacties op Walen in Zweden

  1. Willem Boonen zegt:

    Prachtig verhaal. De migratiegeschiedenis van Belgische protestanten naar de Nederlanden na het Concilie van Trente kende ik maar deze geschiedenis was mij vreemd.

  2. Georges De Rycke zegt:

    Heel interessant! Bedankt voor het opzoekingswerk ook. Kunt ge ook iets terugvinden over andere grotere groepen inwijkelingen met donker haar en bruine ogen?

  3. kilihenry zegt:

    Het is een misvatting dat in Scandinavië licht haar en blauwe ogen de regel zouden zijn. Er waren bij de oorspronkelijke bewoners verschillende groepen met donker haar bruine ogen, zodat reeds in de tijd van de Vikings alle variaties van haar- en oogkleur voorkwamen. De Vikings (in Zweden opereerden die meestal in Rusland) brachten slaven mee en sinds de middeleeuwen kwamen er mensen uit heel Europa naar Scandinavië. Het is niet zo dat er zo lang geleden weinig contact zou zijn geweest tussen de Europese volkeren. Er was intens contact tussen de Hanzesteden.
    Bovendien hebben vele Scandinaviërs een deel Samibloed.
    De enkele duizenden Walen (die ook niet allemaal donkerharig zullen geweest zijn) hebben zeer weinig invloed gehad op het uitzicht van de Scandinaviërs.

  4. Nadine Verheuen zegt:

    Interessant! Nog een weetje : in onze contreien is het Ronsisch dialect serieus beïnvloed door het Gents omdat in het eerste deel van de 20ste eeuw textielarbeiders uit Gent naar Ronse uitwerken om daar te gaan werken in de fabrieken…

  5. holvoet wilfried zegt:

    dag hendrik
    wie had dat nu gedacht? wat een verschil met perceptie van walen in deze tijden?

Plaats een reactie